The complicated cat case

The complicated cat case

Anna was vier maanden toen ze voor het eerst bij ons op de praktijk kwam. Zij nieste veel en in snot zat geregeld bloed. Anna had niesziekte. En Anna had ook een hartruisje. Vanwege snot en bloed kreeg Anna ontstekingsremmers en een antibioticumkuur. Hier knapte Anna van op. Omdat we bang waren dat de immuniteit van Anna niet optimaal was, wilden we haar immuunsysteem boosten om meer antistoffen aan te maken tegen de niesziektevirussen. Daarom werd Anna om de drie weken gevaccineerd. Wederom knapte Anna op, het niezen werd steeds minder.

Ondertussen is Anna naar de echospecialist gegaan om na te gaan waar haar hartruisje door veroorzaakt wordt. Hieruit kwam dat Anna een ontsteking van de hartspier en hartkleppen heeft waardoor de hartspier niet goed kan ontspannen, er een vernauwing is van de uitstroomopening van de linker hartkamer (aortastenose) en een lekkende aortaklep. Echter, er waren (nog) geen verschijnselen van hartfalen. Dit kan veroorzaakt zijn door een virale of bacteriële infectie (Anna heeft niesziekte!)

Drie maanden later kwam Anna met de klacht gelige diarree. Giardia werd gediagnosticeerd en behandeld (alsook alle andere katten bij eigenaren thuis).

Verder leek het niezen toch weer erger te worden (ondanks vaccinaties). Er kwam geen snot meer uit de neus, wel nog soms bloed erbij. Na overleg met de Universiteit van Utrecht hadden we verschillende mogelijkheden. In overleg met eigenaars hebben we gekozen om Anna medicijnen te geven om het niesziektevirus te onderdrukken.

Anna was geen favoriet meer van medicijnen. Door het krijgen van medicijnen had Anna zoveel stress dat ze een blaasontsteking ontwikkelde. Dit konden we met medicijnen gelukkig snel beter maken.

Inmiddels was Anna ongeveer één jaar en was krols. Wat nu te doen? Met de voorgeschiedenis van luchtwegproblemen en hartruisje? Er werd geopteerd om te wachten met opereren en eerst een controle echo te maken.

Maar opeens werd Anna heel ziek. Weinig eten, braken. Anna moest aan het infuus en er werd bloed afgenomen. Uiteindelijk ging Anna voor echo naar specialist. Toen vielen alle puzzelstukjes op hun plaats. Anna had een nierbekkeninfectie. Urine bevatte veel bacteriën, deze zijn onderzocht, uit de kweek bleek ook dat Anna een zwaardere antibioticumkuur moest krijgen. Deze moest Anna zes weken krijgen. Na kuur bleek dat Anna geen bacteriën meer in urine had, maar ze wel nog eiwitten verloor via nieren. Niet goed, want deze eiwitten kunnen de nieren beschadigen. Anna stond al op nierdieet maar moest nu medicijnen krijgen om eiwitverlies tegen te gaan. Tot nu toe gaat alles goed met Anna.